#Blog 13 – Bewegingsvrijheid voor stenen

In onze onderzoeken aan gemetselde gevels hanteren wij de richtlijnen die in het SBR-protocol voor onderzoek aan metselwerk kopgevels zijn opgesteld. Het onderzoek behelst zodoende een visuele inspectie van gebreken aan de gevel, enkele non-destructieve metingen en tot slot het destructieve onderzoek (op hoogte).

Het destructieve onderzoek geeft het meest helder inzicht in de technische staat van de spouwconstructie, de verankering van het buitenblad en de betonnen metselwerkondersteuners (zie filmpje). Het is onze ervaring dat deze wijze van onderzoek goed werkt en veel helderheid biedt bij onderzoek naar gevelveiligheid van traditioneel gemetselde spouwmuren (tussen 1940 en 1980 gerealiseerd). Echter constateren wij ook al enige tijd een nieuwe tendens bij schades aan gemetselde gevels. Deze tendens heeft te maken met het ontwerpen en bouwen van gevels na deze periode, met stalen geveldragers in plaats van traditionele betonnen metselwerkondersteuningen.

Dilataties

De meest gemaakte fout in gevels die zijn uitgerust met stalen geveldragers is dat er in de detaillering geen rekening is gehouden met thermische verticale uitzetting van het metselwerk. Dat gevels horizontaal uitzetten en dus dilatatieruimte nodig hebben is in het algemeen wel bekend. Hier wordt in de meeste gevallen wel rekening mee gehouden door de toepassing van dilatatievoegen. Maar dat metselwerkvlakken ook verticaal uitzetten (waarbij een lengteverschil tussen zomer- en wintersituatie van meer dan een halve centimeter niet vreemd is), daar is in het verleden nog al eens aan voorbijgegaan. Het is natuurlijk ook niet zo fraai zo’n in het oog springende hogere lintvoeg per één of twee verdiepingen. De gevolgen hiervan zien wij echter wel steeds vaker terug in onze gevelonderzoeken. Het kwaad is dan al geschied en de gevelveiligheid is helaas ook vaak direct in het geding.

Thermische uitzetting/krimp

Wanneer er onvoldoende (of vaak ook geen) dilatatieruimte onder de stalen geveldragers is gehouden, ontstaat het verschijnsel van doorstapelen van metselwerkvlakken. De boven elkaar gelegen gemetselde vlakken vormen dan een groot vlak waarbij de verticale uitzetting (in de zomersituatie) navenant groot is. Dat dit alleen al tot schades aan randdetaillering leidt, zal niemand verbazen. Echter, ook de geveldragers zelf hebben hieronder te leiden. De consoles van de geveldragers (die afsteunen naar achterconstructies) worden bij dit verschijnsel ‘opgetild’. Zowel de bevestigingen in de achterconstructie als het uitvulmateriaal achter de consoles kunnen hierbij loskomen. En dat is nog niet alles. Op het moment dat het metselwerk weer krimpt (in de wintersituatie) kunnen de geloste geveldragers hun dragende functie niet meer volledig vervullen. Het metselwerk kan hierdoor zelfs gaan afschuiven. Over grote hoogtes kan het gevelmetselwerk dan alleen nog aan spouwankers komen te hangen.

Kip-ei situatie

Wanneer dit verschijnsel van doorstapelen van gevelmetselwerk ontstaat, kan de situatie zich tevens voordoen dat er een veel grotere belasting op de vloerranden wordt afgedragen dan waarmee in het oorspronkelijke ontwerp ooit rekening is gehouden. Met andere woorden, de vloeren zouden dan te weinig sterk kunnen zijn en kunnen doorbuigen ten gevolge van het ‘nieuwe’ gewicht. Er ontstaat dan een heel vervelend kip-ei verhaal; de vloeren buigen door ten gevolge van het doorstapelen waardoor er nog meer doorstapeling van gevelmetselwerk ontstaat, enz, enz.

Gebakken peren

Alleen door een compleet gevelonderzoek te doen naar de staat van de geveldragers en de situatie minutieus in kaart te brengen (inclusief doorbuiging en draagvermogen van vloeren) kunnen de omvang en de haalbaarheid van een gevelrenovatie worden geduid. De afweging zal moeten worden gemaakt in hoeverre een renovatie van de gevel nog opweegt tegen een sloop-nieuwbouwscenario. Kortom: een enorme stapel met gebakken peren die met een klein beetje lucht en bewegingsvrijheid voor stenen voorkomen had kunnen worden.

Lesly Ignatius

10 september 2024

Ondertekening Convenant Bureau Herberekeningen

9 juli 2024

Koninklijke onderscheiding voor Hanny van der Lubbe

28 mei 2024

Raamovereenkomst Ingenieursdiensten Provincie Utrecht