Restlevensduurbepaling

Veel kunstwerken in Nederland zijn in de jaren ’50 tot ’70 gebouwd. Deze kunstwerken zijn ontworpen met een bepaalde levensduur en gebruiksintensiteit als uitgangspunt. Als beheerder is het belangrijk om te weten wat de restlevensduur van uw constructie is. Deze vraag kan bijvoorbeeld ontstaan door geconstateerde gebreken, het naderen van de (theoretische) ontwerplevensduur, een functiewijziging, gewijzigde belastingen, aanstaande renovatie et cetera.

De restlevensduur is de “resterende periode gedurende welke een constructie of deel daarvan voldoet aan een constructief betrouwbaarheidsniveau conform de NEN 8700 met inachtneming van regulier onderhoud, zonder ingrijpende maatregelen.” De constructeurs van Nebest hebben ruime ervaring met restlevensduurbepalingen en zijn zodoende in staat u meer inzicht te bieden in de staat van uw constructie.

Hoe wordt de restlevensduur bepaald?

Bij vraagstukken ten aanzien van de restlevensduur dient er in basis rekening te worden gehouden met twee aspecten:

1. De toestand van de constructiematerialen en het degradatieproces.
2. De constructieve veiligheid en restlevensduur.

De restlevensduur kan op meerdere manieren bepaald worden. Afhankelijk van de kritische punten in de constructie en het gebruik, kan Nebest verschillende onderzoeken uitvoeren. Bijvoorbeeld inspectie conform CUR-Aanbeveling 117, constructieve restlevensduurberekeningen, technische restlevensduur door nader onderzoek of theoretische restlevensduur op basis van verouderingssystemen.

Voor een bouwconstructie kan op basis van dimensionering en materiaaleigenschappen een herberekening worden uitgevoerd. Bij deze herberekening wordt een referentieperiode, oftewel de restlevensduur, bepaald. Dit is de periode waarbinnen de constructie met een bepaalde zekerheid weerstand moet kunnen bieden tegen optredende belastingen.

Indien constructieve gegevens ontbreken, kan nader onderzoek worden uitgevoerd en kan een herberekening (ook wel verificatieberekening) worden uitgevoerd. Hierbij wordt gerekend met de huidige constructieve normen (eurocodes) en richtlijnen in combinatie met de NEN 8700-normserie.

Bij oudere, binnenstedelijke kademuren en industriële kademuren ontbreken vaak gegevens van de constructie en fundering. In dat geval wordt met behulp van onze duikinspecteurs de toestand van de paalfundering of de (stalen) damwanden onder water in kaart gebracht. Met behulp van staaldiktemetingen kan soms op basis van materiaaldegradatie en materiaalafname al een uitspraak worden gedaan over de restlevensduur.

Door herstelwerkzaamheden aan objecten uit te voeren, kan een object in theorie nagenoeg eindeloos in stand worden gehouden. Wanneer een asset zijn levensduur heeft bereikt, hangt af van de doelstellingen van de eigenaar en/of beheerder. Deze bepalen of een object zijn economische of technische levensduur heeft bereikt. Voor assets in de openbare ruimte is dit vaak niet binnen strakke kaders aangegeven vanwege de maatschappelijke en politieke aspecten die vaak een grote rol spelen bij vervanging of groot onderhoud.